Introductie

Omdat er al een veel informatie op het internet is over ISO, Sluitertijd en Diafragma kan ik natuurlijk niet achterblijven 🙂

Ik houd het kort (en zonder plaatjes)

ISO Waarde

Dit is de “gevoeligheid” van je sensor. Hoe hoger deze waarde, hoe minder licht je sensor nodig heeft om een goed belichte foto te krijgen.

Waar gebruik je het voor?

Een hoge ISO waarde heb je nodig om in donkere ruimtes bruikbare foto’s te maken. De supergevoelige sensor van een digitale camera maakt het bijvoorbeeld mogelijk om in een donker gebouw mooie foto’s te maken zonder flitser. Je kan er de “echte” verlichting van bijvoorbeeld een kerk mee fotograferen. En dat lukt niet met een flitser. Vroeger moest je je camera op een statief zetten en lang belichten, nu kan dat “gewoon” uit de hand.

Je hebt een hoge ISO waarde ook nodig als je een korte sluitertijd gebruikt, bijvoorbeeld om vliegende vogels mooi scherp te krijgen.

Niets is ideaal uiteraard en een hoge ISO waarde heeft ook een nadeel, ruis. Maar, je kan beter wat ruis hebben en een gelukte foto dan een onderbelichte foto. Een foto met ruis kan je nog een beetje redden met je bewerkingsprogramma, onderbelichte foto’s zijn zelden tot nooit te redden.

Sluitertijd

De term zegt het al een beetje, de tijd dat je sluiter open is. Hoe korter je sluiter open is, hoe korter die tijd is die je bevriest. Met de sluitertijd (belichtingstijd) bepaal je direct hoeveel licht er op je sensor komt.

Waar gebruik je het voor?

Je kan creatief omgaan met je sluitertijd, een klein beetje bewegingsonscherpte voegt “actie” toe aan je foto. Je kan ook de tijd “stilzetten”. Een waterval stopt met “watervallen” als je de sluitertijd heel kort houdt. Diezelfde waterval wordt dromerig en fluweelzacht als je de sluitertijd heel lang instelt. Als je uit de hand fotografeert is het sowieso verstandig de sluitertijd kort te houden.

Diafragma

Met het diafragma regel je de scherptediepte van je camera.

Waar gebruik je het voor?

Hoe kleiner je diafragma, hoe meer scherptediepte. Maar ook, hoe minder licht er op je sensor komt. Om het leven makkelijk te maken en de amateurs van de echte fotografen te onderscheiden is het diafragma, de F-waarde, een verhouding tussen de (focus)lengte van lens en de lensopening. Vandaar dat diafragma geschreven wordt als bijvoorbeeld f/4.

Tot slot

ISO, Sluitertijd en Diafragma, ze beïnvloeden elkaar allemaal. Als je daar niets mee te maken wil hebben, geen zorgen je camera is slim genoeg om alles voor je te bepalen. En, heel belangrijk, ik heb niets tegen een camera die op “auto” staat. Je hebt de techniek, gebruik hem gewoon!

Maar, in de “auto” stand kan je creativiteit beperkt worden. Ga daarom niet met je nieuwe camera op reis naar een ver fotogeniek land zonder eerst veel te oefenen met je camera.

Een mooi onderwerp om te oefenen is een watervalletje, een fontein of een ander snel bewegend iets. Het liefst ’s avonds als de straatverlichting aan staat.

Op Wikipedia: